20. De Amicale Hond
Halverwege de jaren ’90 waren we weer eens afgereisd naar Frankrijk om een nieuwe vondst op te halen, ditmaal op verzoek van een vaste klant: verzamelaar Ed Stet. Hij kocht regelmatig verschillende bijzondere A-types die hij nog niet had. Ed werkte zelf als onderhoudsmonteur bij de Hoogovens. Via mijn agent ter plaatse, Pim Pruys, had ik voor Ed in de Camargue een Ami 8 Service gevonden, nog compleet en rijdend. Tenminste, toen ik hem de eerste keer zag. Ed wilde hem graag toevoegen aan zijn verzameling, vooral ook vanwege de mooie oude belettering.
Samen met mijn zoon gingen we de Service ophalen in Zuid-Frankrijk, waar hij klaarstond achter de loods van Pim. Toen we aan kwamen rijden was het al avond en het viel me in de schemering op dat de Ami er een beetje scheef bij stond. De volgende morgen bleek hij aan de rechterkant op een betonnen blok te liggen en was de hele veerpot er onder uit gesleuteld en verdwenen.
Ook miste er een koplampreflector en nog wat kleine dingen… Pim had wel zo’n vermoeden wie de dief was: er reed de laatste tijd wel vaker avonds een verdachte Ami 8 Break door het dorp. Volgens omwonenden gebruikte deze mysterieuze Ami-rijder onze Service als donor.
Diezelfde dag nog hebben we de Ami via een plaatselijke sloperij weer compleet gemaakt en begonnen aan de terugtocht. Ten oosten van Parijs besloten we een stuk binnen door te gaan rijden. Na vele uren op de Auto Route gaat deze toch een beetje vervelen. Bovendien zijn we altijd nieuwsgierig wat we langs de lokale wegen van Frankrijk nog in tuinen en op sloperijen aantreffen. We reden in een bosrijk gebied, over een lange, rechte weg, toen enkele auto’s voor ons ineens hard begonnen te remmen en slingerend over de weg gingen. Er was duidelijk een obstakel…
Toen wij dichterbij kwamen bleek er een hond midden op straat te zitten. Hij keek ons smekend aan en mijn zoon “eiste” dat ik zou stoppen om het beest te helpen, ipv net als de andere auto’s er om heen te rijden. Op zich wel begrijpelijk, want bij de volgende auto die hard kwam aanrijden zou de hond het wel eens niet kunnen overleven… Dus alarmlichten aan en eruit. Er stonden veel auto’s achter ons stil, dus ik besloot de hond snel op te pakken. Het dier was drijfnat en zat onder de modder, maar liet zich gewillig helpen.
In de haast besloot ik hem in de Ami Service te zetten op de aanhanger. Toen we verder reden en in de achteruitkijkspiegel keken was de hond op de bestuurdersstoel gekropen en zat over het stuur naar buiten te kijken.
Tussen mij en mijn zoon ontstond een hele discussie: wat doen we nu met de hond? Mijn zoon wilde hem mee naar huis nemen. Maar ik besloot in het volgende dorp bij de plaatselijke Gendarmerie te stoppen, met de bedoeling hem daar achter te laten. Dat bleek nog niet zo eenvoudig… De dienstdoende agent werkte niet mee. “We zijn hier geen dierenasiel.” Ik legde uit dat we onderweg terug waren naar Nederland en het dier onmogelijk mee konden nemen. Na wat heen- en weer discussiëren bekende de agent dat hij al meteen gezien had aan de halsband van de hond dat het hier om een oude jachthond ging. Mogelijk verdwaald. Of met opzet gedumpt langs de weg, wat voor de plaatselijke jagers wel vaker een manier was om van hun oude jachthonden af te komen wanneer ze niet langer van nut waren.
De hond werd uiteindelijk in een leegstaande cel gezet en de agent zou de vermoedelijke eigenaar proberen op te sporen. Wij konden onze reis vervolgen en paar dagen later kon Ed Stet de bijzondere Ami 8 Service aan zijn verzameling toevoegen; inclusief natte honden geur… Later zou ik Ed ook nog een AZU250 en een ribbeleend leveren.