23. Samenwerking met de clubs
In de tijd dat ik meer en meer een dagtaak kreeg aan de Eendekooi leek het me goed ook contact te leggen en samen te werken met Citroën clubs die ook actief waren op het terrein van de A-types. Dat waren er veel in de tijd dat ik daar mee begon. Nederland staat vanouds bekend om zijn rijke verenigingsleven. Ik besloot contact te zoeken en stelde voor om ook te adverteren in hun clubbladen. De meesten vonden het leuk. Sommigen hadden er geen bezwaar tegen, weliswaar tegen betaling. De kleinere, meer plaatselijke clubs niet meegerekend hadden we toen o.m de Ami Vereniging Nederland (AVN), Het Eendeëi, de EEEC (Enige Echte Eenden Club), de 2cv4 & 6 Club Nederland, Citroën Club Nederland en de Dyane Vereniging.

EEEC onderdelenmarkt in Soest, 1989
Het bijzondere aan Het Eendeëi, waarbinnen mijn contactpersoon Gert Brink een actieve rol speelde, was dat deze club vooral bestond uit actieve doe-het-zelf-ers. Ik heb ze een keer bezocht in Rotterdam en heb er later ook gestaan met een kraam vol onderdelen tijdens een jubileumfeest. Een leuke club met veel jonge, actieve en creatieve mensen. Geen praatclub. Leuk ook om te zien was hoe zij door elkaar te helpen met sleutelen elkaars eenden aan het rijden wisten te houden en er vaak vriendschappen voor het leven mee werden gesmeed. Ze zijn na al die jaren nog steeds actief en geven o.a cursussen om zelf aan je eend te kunnen sleutelen, met een heus diploma. De EEEC, bij wie ik vooral contact had met Jan van Tiggelen en Henk Span, richtte zich uitsluitend op de echte oude eenden: de 12 en 18pk. Dus de oudere types waarin ik me nu de laatste jaren met de Eendekooi ook steeds meer heb gespecialiseerd. De EEEC stond bekend als nogal streng in de leer. Later mochten ook de AK350 en Azam 6 meedoen. Thijs Kolen ging het onderdelenmagazijn beheren. Hij was hiervoor bij mij al jaren vaste klant, vooral voor de oudere onderdelen, samen met vriend Jo Damoisseau. Op elke beurs kwamen ze meestal wel even langs. De Dyanevereniging Nederland was een van de jongste en kleinste clubs van Citroën’s A-typen. Maar ze waren zeer actief. Mede-oprichter John Vernooy schreef zelfs een heel goed gedocumenteerd en lezenswaardig boek over de historie van de Dyane.

Wereldmeeting in Maurik van 2cv clubs
Na een tijdje in hun clubbladen te hebben geadverteerd en met een kraam op hun onderdelen markten te hebben gestaan werden de contacten wat minder frequent. Dit had ook te maken met het feit dat deze clubs begonnen om via hun onderdelenmagazijnen nieuwe onderdelen te gaan verkopen. Aangezien zij een stichting waren zonder commerciële doelstelling behalve de clubkas en zonder BTW-plicht, werden we tegen wil en dank toch een soort concurrenten van elkaar. Zelf zag ik dat graag anders. Voor mij zouden clubs en specialisten juist een ideale aanvulling kunnen zijn. Maar helaas wees de praktijk toch anders uit. Hierdoor stopten veel van mijn collega onderdelen-specialisten met de verkoop van nieuwe 2cv onderdelen. Het heeft wel even een tijd nodig gehad om daar een passend antwoord op te vinden.