5. Bedrijfs- en gezinsuitbreiding
Het is inmiddels eind jaren ’70 en begin jaren ’80. Tussendoor werd er een moestuin aangelegd en kwam er een kind. Ik weet nog dat toen onze zoon, Kasper, geboren werd (1979), hij en zijn moeder uit het ziekenhuis moesten worden opgehaald. Ik had toen een rode besteleend. De motor was niet al te best. En dus werd de dag ervoor hier nog een ander motortje ingezet; We mochten natuurlijk niet met baby en moeder met pech langs de weg komen te staan. Vervolgens kwamen er ook nog een derde hond en een kat met 3 poten bij.
Onze vrienden hadden weer vrienden die ook een eend zochten en naast studie (toen de sociale academie, de ASCA in Groningen) en ander werk o.m. het meehelpen opknappen van voor de vrienden, gevonden boerderijtjes, Riny werkte in de verpleging, groeide de handel in eenden en onderdelen en was er steeds vaker een vervoersprobleem van niet altijd rijdende eenden. Een bevriende autosloper uit Eexterveen, die regelmatig zijn auto-transporter met chauffeur (hijzelf) beschikbaar stelde voor vervoer bracht uitkomst. Ook waren sommige garagebedrijven soms wel bereid een auto te brengen die weer was ingekocht zoals de blauwe Acadyane. Die kwam binnen met platgereden rechter voorwiel en flinke schade.
Die Acadyane, afkomstig van Wouter Klok, toen een bekend Citroën reparateur in Zuidwolde, werd netjes gebracht met een oprij wagen. In die tijd reden er nog heel veel eenden op de weg en was er ook veel te koop, voor weinig. Hoe vaak ik later niet te horen kreeg van klanten, voor hoe weinig zij in die tijd hun auto hadden gekocht? Op een dag kwam Geert, de autosloper, met een andere oplossing voor het vervoer van eenden, waarvan de achterwielen nog rolden. Hij bouwde een soort dolly; Je zag ze toen wel vaker. Maar, deze was volledig aangepast aan het onderstel van de eend.
Het was een as met 2 kleine wieltjes met luchtbanden. Daaraan een inschuifbare trekstang met koppeling voor op de trekhaak. Op de as een stalen bus, waarin, draaibaar, een lange arm met 2 vorken die precies onder de draagarmen van een eend pasten. Een paar gaten erin voor een paar kettingen die je klemde om de draagarm. Met een hydraulische krik werd de eend aan de voorkant hoog opgekrikt, de dolly er onder geschoven. De kettingen aangebracht en de krik kon eronderuit. De dolly werd achter mijn besteleend gekoppeld en, als het moest toerde je er het hele land mee door. In de beige besteleend, uit 1971, een korte 250, zat een oude Ami 6 motor. Later zelfs een Ami 8 voor een 2 cv 4- versnellingsbak. Ik heb helaas geen foto van deze combinatie, wel van de besteleend zelf, maar een bevriende vrachtwagenchauffeur die ik dit een keer vertelde, had als hobby, het zelf ombouwen van miniatuur autootjes en bouwde het in het klein na.
De constructie op de foto’s klopt niet helemaal maar het lijkt er wel op. Zelfs het model en de kleur van de besteleend kloppen. Dit gaf een optimaal koppel en de eend speelde ermee. Zo heb ik een paar jaar, heel wat vleugellamme eendjes opgehaald. Totdat dat niet meer mocht vanwege de verkeersveiligheid. Ik heb nooit problemen gehad, dus waarom? Niks aan te doen. Er moest dus een zware aanhanger komen en daarvoor een zwaardere auto. De eend kon dat niet meer trekken. Een nieuwe uitdaging.
Na enig zoeken werd in Assen bij toen nog de Peugeot dealer Kruger, een Peugeot 404 Familiale gekocht, ook uit begin jaren ’70. Een verouderd model, groot, ruim en een prima trekker. Eerst nog wit. Later werd hij nog mooi bordeaux rood gespoten. En er kwam een derdehands auto-ambulance. Ook rood. Hebben we veel plezier van gehad. Al was het wel jammer dat het afgelopen was met de vakanties naar Frankrijk in de besteleend (deels ingericht als camper). Met deze Peugeot hebben we heel wat eenden opgehaald. Ik herinner me nog een keer een telefoontje van een bevriende klant, die net een besteleendje had gekocht.
Daar, zoals hij zelf ook toegaf, een beetje wild mee aan het inparkeren was geweest in hartje Amsterdam, waarna de versnellingsbak vast sloeg. Paniek: Hoe kwamen ze weer thuis in Assen? en, hoe kon de besteleend daar weer weg worden gehaald. Hij kon geen meter voor- of achteruit worden gereden. Diezelfde avond reden we, Ginus, de zoon van de loonwerker die vaak bij ons was om ons met van alles te helpen en voor de gezelligheid en ik, met de aanhanger naar Amsterdam, laadden de besteleend op, de mensen in de Peugeot en weer terug naar Assen en daarna naar Annen. En toen ik ze de volgende morgen belde dat er al een andere versnellingsbak in zat, lagen ze nog te slapen. Lachen natuurlijk.
Dat waren mooie tijden. Plezier in je werk, het groeiende bedrijfje en tevreden klanten. Dat geeft energie! Steeds meer werd duidelijk dat we uit ons jasje groeiden. Dus er moesten keuzes worden gemaakt.